Skip to main content

Ontwikkeling LOeS-werkwijze

Lezen en spellen is ook voor kinderen met een beperking die niet of nauwelijks spreken en gebruik maken van (elektronische) communicatiehulpmiddelen erg belangrijk. Door het verwerven van geletterdheid kunnen deze kinderen zelfstandig en onafhankelijk leren communiceren en optimaal deelnemen aan onderwijs, sociale interactie en het dagelijks leven in de hedendaagse (digitale) samenleving. In het Nederlands taalgebied was er lange tijd geen passende werkwijze voor het lees- en spellingsonderwijs aan deze kinderen.

 

 

In de afgelopen jaren werd daarom de Lees Ontwikkeling en Spelling werkwijze (LOeS-werkwijze) ontwikkeld door Loes Theunissen in samenwerking met de Sint Maartenskliniek, de St. Maartenschool, studenten van de opleiding Pedagogische Wetenschappen van de Radboud Universiteit, allen te Nijmegen, dr. Jan van der Burg, GZ psycholoog en orthopedagoog bij de Sint Maartenskliniek en St. Maartenschool en tevens docent aan de opleiding Pedagogische Wetenschappen en Onderwijskunde aan de Radboud Universiteit en Nicole Thoonen, leerkracht en taal-, leesspecialist.

Deze werkwijze is onder andere gestoeld op het Whole-to-part model van Cunningham (1993), het fonologisch coherentiemodel (Bosman & Van Orden, 2003) en de Nonverbal Reading Approach (Heller, Fredrick, & Diggs, 1999). Er zijn inmiddels enkele case studies gepubliceerd waarin  LOeS-werkwijze voor het technisch leesonderwijs werd beschreven (Theunissen, 2012; Van der Burg et al., 2014; Theunissen, Posthumus & Van der Burg, 2020).